Kerk St. Willibrordus.

Het dorp St. Willibrordus ligt ongeveer in het midden van het eiland, ten noordwesten van Willemstad.

Willibrordus telt weinig huizen en je vindt er een hechte gemeenschap. Het dorp is vooral bekend door Landhuis Jan Kok, de zoutpannen waar je flamingo’s kunt spotten en de nabijgelegen stranden. Opvallend bouwwerk is de kerk van St. Willibrordus, die je op enkele kilometers afstand al ziet staan als je de route vanuit Willemstad neemt. De kerk is ingewijd in het jaar 1888, waarna het dorp dat vroeger Buitenbosch heette vernoemd werd naar de in neogotische stijl gebouwde kerk.

Op 14 april 1849 vroeg Mgr. Niewindt aan de gouverneur twee hectare grond op Buitenbosch voor de bouw van een kerkje en een school. Na goedkeuring werd er een nieuwe parochie gesticht onder de naam Sint Willibrordus.
De eerste kerk van deze parochie was niet veel meer dan een strohut. De tweede kerk, wat groter, werd ook van hout en stro gebouwd. Op 25 mei 1857 werd de eerste steen gelegd van een eenvoudig stenen kerkje in Romaanse stijl. De derde kerk van Sint Willibrordus werd op 9 maart 1858 ingewijd. Pastoor Vincent Jansen, die in 1882 de pastorie leidde, vond het kerkje op Willibrordus maar miserabel. Het leek in geen enkel opzicht op de royale kerk die hij voor zijn heilswerk in gedachten had. Hij wilde daarom een grotere kerk bouwen. In 1882 vertrok hij naar Nederland. Zijn vakantie benutte hij om geld in te zamelen.
Op de dag van de heilige Willibrordus, 7 november 1884, werd met de bouw van deze kerk een officieel begin gemaakt. Het zou vier jaar duren voordat zij er stond. Er waren tegenslagen, zoals de storm van 17 augustus 1886, waarbij de in aanbouw zijnde toren van de kerk in stukken uiteenviel en ook een gedeelte van de voorgevel werd vernield. Hoewel het gebouw nog niet voltooid was, werd de nieuwe kerk op 12 december 1888 geconsacreerd door Mgr. Joosten. In augustus 1890 overleed Pastoor Jansen. Hij kreeg de bijnaam ‘Tata di Pobernan’ (vader van de armen). Zijn graf is vooraan in de kerk te vinden.

De kerk is al 135 jaar niet opgeknapt en verkeert in enorm slechte staat. Vooral de deuren zijn er slecht aan toe: twee van de drie kunnen niet meer open. Als de derde deur het begeeft moet de kerk dicht blijven voor bezoekers. Daarnaast moeten ook het dak en de vloer gerepareerd worden. De totale kosten worden geschat op zo’n 500.000 gulden.